Winnaar van de baby-wedstrijd!

Kobe-geboren

De meesten onder jullie hebben inmiddels wel ontdekt dat onze kleine Kobe op 2 september het levenslicht zag. Dat betekent ook dat we jullie kunnen meedelen wie de winnaar is van onze baby-wedstrijd.

We telden maar liefst 140 deelnemers, het grootste deel daarvan had voorspeld dat ons kleintje op 29 augustus geboren zou worden, maar daar dacht onze kleine man duidelijk anders over. Twaalf deelnemers gokten op de correcte datum, vier daarvan hadden ook het geslacht juist. Vervolgens werd het bijzonder spannend en gaf de lengte de doorslag. De winnaar gokte 51,5 cm en zat er dus maar een halve centimeter naast, hij werd bovendien op de voet gevolgd door de tweede plaats die gokte op 51 cm!

We houden jullie niet langer in spanning, de winnaar van onze baby-wedstrijd is:

Ronny Verhelst

Proficiat, Ronny. Je mag met ons contact opnemen voor de verdere afhandeling van je prijs!

winnaars

Afzakker

Spelbeschrijving

AfzakkerVerzamel zakken vol geld en ga er vandoor met een overwinning… het had kunnen kloppen, maar of er effectief geld in de afgebeelde zakken zit kom je nooit te weten. Laat ons dan maar zeggen: verzamel zo veel mogelijk kaarten! Wees je tegenspelers te snel af en ga er met de meest waardevolle kaarten vandoor, maar pas op: voor je het weet is die reeks van zeven verdwenen naar de puntenstapel van je tegenstanders!

Nadat alle speelkaarten verdeeld zijn onder de medespelers neemt iedereen drie kaarten van zijn stapel op hand. Als je aan de beurt bent mag je één, twee of drie kaarten neerleggen op tafel. Alle kaarten op tafel worden gesorteerd per nummer. Als er een compleet set wordt gevormd door de kaarten die jij gelegd hebt mag je de volledige set aan je puntenstapel toevoegen. Het kan perfect gebeuren dat je meerdere sets in één beurt vervolledigd. Een set is compleet van zodra er even veel kaarten liggen als het nummer op die kaarten, vb. drie kaarten met nummer drie, of zes kaarten met nummer zes. Aan het einde van je beurt vul je je hand aan tot drie kaarten.

Wanneer de stapel én de handkaarten van één van de spelers op zijn eindigt het spel meteen. De spelers tellen alle kaarten in hun puntenstapel, diegene met de meeste kaarten wint het spel.

Onze mening

De spelregels van Afzakker zijn werkelijk heel eenvoudig. Je kan dit spel in enkele minuten aan iedereen aanleren, jong of oud, ervaren of niet: je legt maximum drie kaarten en je probeert een set te vervolledigen. Meer komt er niet bij kijken. Je hebt weinig in de hand, je kan er voor kiezen om minder kaarten te spelen in de hoop twee of zelfs drie dezelfde kaarten op hand te krijgen en daarmee gemakkelijker een set te vervolledigen, maar ook dat is uiteraard geen garantie. Uiteindelijk komt het er op neer dat de grootste geluksvogel het spel wint, je moet gewoon op de juiste moment de juiste kaarten op hand nemen. De ene keer heb je alle pech en neemt je tegenstander telkens de mooiste sets voor je neus weg, de andere keer ben je zelf de geluksvogel en ga je er vandoor met de sets die je tegenstanders begonnen zijn. Een doorsnee gezin of spelers die graag een geluksspelletje spelen maken er alvast geen probleem van. Ook wij konden Afzakker wel eens smaken, al zal het nooit ons favoriete kaartspelletje worden. De geluksfactor is voor ons net iets te hoog om Afzakker vaak op tafel te leggen. De speelkaarten bevatten leuke en vooral kleurrijke illustraties. Het aantal spelers heeft weinig invloed op het spel, de herspeelbaarheid is – door de geluksfactor – bij ons niet zo erg groot.

Conclusie:  Een vlot kaartspel voor geluksvogels!

Afzakker

Met dank aan 999 Games!

Met dank aan 999 Games!

Afzakker

Auteurs: Leo Colovini & Dario de Toffoli
Uitgever: 999 Games
Aantal spelers: 2 – 5
Tijdsduur: ± 15 min.
Vanaf
7 jaar

Daxu

Spelbeschrijving

Ben je klaar om de rol van een kruidenier over te nemen? Je komt plots aan het hoofd te staan van een winkel in een klein dorpje en je moet op zoek naar de juiste balans. Het is niet zo goed voor je reputatie om je concurrenten zomaar van tafel te vegen, maar het is uiteraard ook niet de bedoeling dat je zélf te veel verlies maakt en failliet gaat. Het is dus aan jou om een goede balans te vinden: samenwerken maar toch dat tikkeltje meer verdienen dan je concurrenten!

Beide spelers staan aan het hoofd van zes winkels, waaronder een bakker, een mandenmaker, een theehuis en een houtbewerker. Voor elk type winkel zullen er aan het spel punten te verdienen zijn. Aan het begin van elke ronde worden er drie winkelkaarten open gedraaid, daarna kunnen beide spelers gelijktijdig één van hun vier actiekaarten kiezen. De combinatie van de gespeelde actiekaarten zal bepalen welke speler de kaarten krijgt. Met de actiekaarten kan je namelijk aangeven dat je de kaarten zelf wilt houden of dat je ze aan je tegenstander wilt geven. Door de vriendschappelijke kaart te kiezen ga je akkoord met de keuze van je tegenstander én krijg je een extra reputatiepunt. Met de laatste, zwarte kaart kies je er echter voor om het omgekeerde te doen dan datgene dat je tegenstander graag gewild had… helaas verlies je met dergelijke praktijken wel wat reputatie. Wanneer de gekozen acties van beide spelers elkaar tegenspreken geeft de reputatie vaak de doorslag, als deze gelijk is beslist de gelijkspelkaart. Daarna wordt deze kaart aan de andere speler gegeven. Wanneer beide spelers de vriendschappelijke of de ondermijningskaart gekozen hebben wordt er een vierde kaart bij opengedraaid en kunnen ze opnieuw een actie kiezen.

Nadat de acties zijn uitgevoerd en één van de spelers de winkelkaarten aan zijn winkels heeft toegevoegd wordt de reputatie aangepast. Door sommige winkelkaarten kan je namelijk reputatie verliezen of winnen. Nadat alle kaarten uit de stapel op deze manier verdeeld zijn eindigt het spel en volgt de puntentelling. Afhankelijk van de winkel verdien je vier of vijf punten als je net één winkelkaart meer hebt dan je tegenstander. Als je twee kaarten meer hebt dan je tegenstander hebt verdien je slechts 2 of 3 punten, van zodra het verschil drie kaarten of meer is kan je zelfs punten verliezen! Je tegenstander doet in zo’n geval wel een goede zaak, hij scoort namelijk een punt voor elke kaart van deze soort aan zijn kant van het bord.

Onze mening

De verwachtingen voor Daxu waren alvast hoog. De spelregels zijn duidelijk geschreven en we konden dus al snel aan ons eerste partijtje beginnen. Daxu is geen expertspel met een lange tijdsduur of veel strategische keuzes, maar met heel eenvoudige spelregels en een unieke twist is het op zijn minst speciaal te noemen. Het scoresysteem waarbij je net één kaartje meer dan je tegenstander wilt hebben hadden we nog nooit eerder gezien en sprak ons meteen aan. Het is niet alleen nieuw maar zorgt er ook voor dat het vaak spannend blijft tot de allerlaatste kaart. Tijdens het spelen van de actiekaarten probeer je vooral in te schatten wat je tegenstander gaat doen: wilt hij/zij die kaarten zelf houden of niet, en kan jij daar doordacht op inspelen? Maar misschien was je tegenstander je wel slimmer af! Je denkt dat je na een paar beurten wel kan inschatten hoe je tegenstander te werk gaat? De ideale moment om je tactiek te wijzigen dus, nu ben jij hem weer slimmer af. Daxu is een uniek spel dat zeker bij de betere tweepersoonsspellen hoort. Bovendien is het spel voorzien van erg mooie illustraties. Aangezien de herspeelbaarheid niet zo hoog is hoort het voor ons net niet bij de toppers in zijn categorie, het is gewoon geen spel dat je keer op keer zal blijven spelen.

Conclusie: Daxu is een uniek en eenvoudig tweepersoonsspel waarbij je je tegenstander steeds te slim af wilt zijn!

Daxu

Met dank aan White Goblin Games!

Met dank aan White Goblin Games!

Daxu

Auteur: J. Alex Kevern
Uitgever: White Goblin Games
Aantal spelers: 2
Tijdsduur: ± 30 min.
Vanaf 10 jaar

Mein erstes Bohnanza

Spelbeschrijving

Vanaf nu kan je Boonanza ook met je kleinste vriendjes spelen, “Mein erstes Bohnanza” is voor spelers vanaf vier jaar. Beginnend met een erg vereenvoudigde variant leren de kinderen de eerste basisregels van Boonanza. Wanneer je die basisregels eenmaal onder de knie hebt is het tijd voor een volgende stap die een klein tikkeltje moeilijker is. Zo kunnen de kleinste Boonanza fans al na zes stappen meespelen met het originele spel. Maar laat ons beginnen bij het begin:

In deze vereenvoudigde variant krijgen alle spelers vijf bonenkaarten, deze worden niet op hand genomen maar komen open op tafel te liggen. Heel belangrijk: de volgorde van deze kaarten mag je NOOIT veranderen, meteen één van de belangrijkste spelregels van Boonanza. Elk van deze kaarten heeft een zogenaamde boon-o-meter, je vindt er namelijk hoeveel van dat type kaarten je nodig hebt om één thaler te verdienen. Als je aan de beurt bent plant je jouw eerste kaart op één van je twee velden, als je wil/kan, mag je ook je tweede kaart nog aanplanten. Vervolgens leg je twee kaarten (van de trekstapel) open op tafel, je kan nu beginnen ruilen met je tegenstanders. Je mag de twee opengelegde kaarten én je persoonlijke kaarten te ruil aanbieden, vergeet daarbij niet te vermelden wat je graag in de plaats had gehad. Je mag met iedereen ruilen, maar je tegenstanders mogen niet onderling ruilen, de actieve speler moet steeds in de ruil betrokken zijn. Je mag de opengelegde kaarten ook schenken, indien iemand kandidaat is om ze te aanvaarden. Alle kaarten die je via ruil ontvangt (dat geldt ook voor je tegenspelers) moeten meteen op je velden geplant worden. Één ding is zeker: de twee kaarten in het midden van de tafel moeten gepland worden. Of je plant ze zelf, of je ruilt ze met een medespeler. Bij het planten probeer je steeds éénzelfde soort op elkaar te planten, van zodra je het vermelde aantal kaarten hebt bereikt worden deze bonen automatisch geoogst (= weggenomen), in ruil daarvoor krijg je één bonenthaler van een aparte stapel. Indien je toch een kaart moet planten die je niet op je velden hebt liggen mag die daar gewoon bovenop, maar je begint dan – in die nieuwe soort – wel opnieuw te tellen tot wanneer je het vermelde aantal hebt bereikt. Om je beurt af te ronden neem je drie nieuwe kaarten voor je persoonlijke voorraad. Het spel eindigt nadat de stapel één, twee of drie keer leeg is, afhankelijk van het spelersaantal. De speler met de meeste thalers wint het spel.

In een tweede fase doen enkel bonenkaarten mee met een iets uitgebreidere boon-o-meter. Je zal nu beslissingen moeten maken: doe ik mijn bonen weg voor één thaler, of spaar ik nog een klein beetje langer om twee thalers te ontvangen? Je hebt bij al deze bonen namelijk twee opties. In een volgende fase kunnen alle bonen samen gebruikt worden, zowel die met één thaler als die waar je ook twee thalers mee kan verdienen. Vanaf nu is er geen reservestapel met bonenthalers maar wordt het basis oogstprincipe uit Boonanza aangeleerd: wanneer je oogst hou je één (of twee) kaarten die je omdraait als bonenthaler en leg je enkel de overige kaarten op de aflegstapel. Om alles in goede banen te leiden krijgen de speler(tje)s in deze fase een derde bonenveld ter beschikking. In een volgende stap is het gedaan met de regel waarbij je verschillende soorten op één veld mag planten. Als je een kaart wilt/moet planten die je nog niet bezit dan zit er niets anders op dan een bestaand veld te oogsten, ook al verdien je daar deze keer geen thalers mee… In een volgende stap krijg je het derde bonenveld niet meer automatisch maar zal je het moeten aankopen voor drie thaler, en in de voorlaatste stap worden de kaarten op hand genomen en liggen ze niet meer zomaar op tafel. Tenslotte wordt de regel bijgevoegd waarbij je een veld dat maar uit één boon bestaat niet mag oogsten wanneer je op één van je andere velden meer bonen geplant hebt. Na deze stap zijn de jonge moestuiniers klaar voor het echte spel. Je kan deze junior variant naar believen combineren met het basisspel.

Onze mening

Dat er – eindelijk – een junior versie verschijnt voor Boonanza kunnen we alleen maar toejuichen, maar dat hadden jullie wellicht al kunnen voorspellen. De leeftijdsaanduiding 4+ lijkt ons op het eerste zicht jong, maar we konden het (nog) niet proberen met iemand van die leeftijd. We speelden de gemakkelijkste versie met kinderen van 7 jaar en ouder, zij waren alvast grote fans van deze Boonanza. Je merkte wel dat ze het zeer snel onder de knie hadden en al snel klaar waren voor een volgende stap, dus je kan er zeker wel vroeger mee beginnen. Het is duidelijk voelbaar dat deze variant mede door pedagogen ontwikkeld is, het zit geweldig in elkaar. Ze leren de basisregels van Boonanza, dankzij de openliggende kaarten kan je hen perfect helpen en tips geven. De kinderen krijgen ook wat inzicht, ze weten al snel welke bonen beter zijn dan anderen en leren ook beter onderhandelen. De verschillende stappen om het basisspel aan te leren zijn heel goed gevonden. Enerzijds lijken het kleine stapjes, anderzijds zijn ze gewoon compleet. Als je kinderen enthousiast zijn over deze versie kunnen ze voor je het al te goed beseft meespelen met de volwassenen. Het materiaal is naar ons mening iets minder kindvriendelijk. De briefjes die de bonenvelden moeten voorstellen zijn vrij dun en zien snel af, we hadden liever een iets dikker karton gezien daarvoor. De tekeningen zijn – zoals altijd – heel leuk en mooi. Wat extra goed is in deze versie is dat de tekeningen zowel meisjes als jongens aanspreken. Er zijn namelijk prinsessenbonen, maar even goed draken! Een klein nadeel is wellicht dat je minstens met 3 moet zijn, maar dat is ook met het basisspel al zo. Bovendien kan je de (jongste) kinderen best niet alleen laten spelen, ze kunnen in het begin best wel wat hulp van een volwassenen gebruiken. Helaas is dit spel (nog) niet in het Nederlands verkrijgbaar en zal je best wat moeite moeten doen om de Duitse versie te bemachtigen. Als je zelf de spelregels onder de knie krijgt is deze variant wel perfect te spelen met de kinderen, op de kaarten en/of velden is namelijk geen woordje tekst te bespeuren. De verschillende bonen krijgen vanzelf hun bijnaam, al snel klinkt de vraag “Wil je die boef ruilen tegen mijn koning?”. Wij zijn alvast meer dan overtuigd van dit kinderspel, wees maar zeker dat dit hier binnen een kleine vier jaar nog vaak op tafel zal verschijnen!

Conclusie: Mein erstes Bohnanza is niet alleen een ideale opstap naar het basisspel Boonanza, maar is ook gewoon een heel leuk en leerrijk kaartspel voor kinderen!

BohnanzaMein erstes Bohnanza

Auteurs: Heike Kiefer, Hayo Siemsen & Uwe Rosenberg
Uitgever: Amigo Spiele
Aantal spelers: 3 – 5
Tijdsduur: ± 30 min.
Vanaf 4 jaar

Mein erstes Bohnanza

Spelbeschrijving

Vanaf nu kan je Boonanza ook met je kleinste vriendjes spelen, “Mein erstes Bohnanza” is voor spelers vanaf vier jaar. Beginnend met een erg vereenvoudigde variant leren de kinderen de eerste basisregels van Boonanza. Wanneer je die basisregels eenmaal onder de knie hebt is het tijd voor een volgende stap die een klein tikkeltje moeilijker is. Zo kunnen de kleinste Boonanza fans al na zes stappen meespelen met het originele spel. Maar laat ons beginnen bij het begin:

In deze vereenvoudigde variant krijgen alle spelers vijf bonenkaarten, deze worden niet op hand genomen maar komen open op tafel te liggen. Heel belangrijk: de volgorde van deze kaarten mag je NOOIT veranderen, meteen één van de belangrijkste spelregels van Boonanza. Elk van deze kaarten heeft een zogenaamde boon-o-meter, je vindt er namelijk hoeveel van dat type kaarten je nodig hebt om één thaler te verdienen. Als je aan de beurt bent plant je jouw eerste kaart op één van je twee velden, als je wil/kan, mag je ook je tweede kaart nog aanplanten. Vervolgens leg je twee kaarten (van de trekstapel) open op tafel, je kan nu beginnen ruilen met je tegenstanders. Je mag de twee opengelegde kaarten én je persoonlijke kaarten te ruil aanbieden, vergeet daarbij niet te vermelden wat je graag in de plaats had gehad. Je mag met iedereen ruilen, maar je tegenstanders mogen niet onderling ruilen, de actieve speler moet steeds in de ruil betrokken zijn. Je mag de opengelegde kaarten ook schenken, indien iemand kandidaat is om ze te aanvaarden. Alle kaarten die je via ruil ontvangt (dat geldt ook voor je tegenspelers) moeten meteen op je velden geplant worden. Één ding is zeker: de twee kaarten in het midden van de tafel moeten gepland worden. Of je plant ze zelf, of je ruilt ze met een medespeler. Bij het planten probeer je steeds éénzelfde soort op elkaar te planten, van zodra je het vermelde aantal kaarten hebt bereikt worden deze bonen automatisch geoogst (= weggenomen), in ruil daarvoor krijg je één bonenthaler van een aparte stapel. Indien je toch een kaart moet planten die je niet op je velden hebt liggen mag die daar gewoon bovenop, maar je begint dan – in die nieuwe soort – wel opnieuw te tellen tot wanneer je het vermelde aantal hebt bereikt. Om je beurt af te ronden neem je drie nieuwe kaarten voor je persoonlijke voorraad. Het spel eindigt nadat de stapel één, twee of drie keer leeg is, afhankelijk van het spelersaantal. De speler met de meeste thalers wint het spel.

In een tweede fase doen enkel bonenkaarten mee met een iets uitgebreidere boon-o-meter. Je zal nu beslissingen moeten maken: doe ik mijn bonen weg voor één thaler, of spaar ik nog een klein beetje langer om twee thalers te ontvangen? Je hebt bij al deze bonen namelijk twee opties. In een volgende fase kunnen alle bonen samen gebruikt worden, zowel die met één thaler als die waar je ook twee thalers mee kan verdienen. Vanaf nu is er geen reservestapel met bonenthalers maar wordt het basis oogstprincipe uit Boonanza aangeleerd: wanneer je oogst hou je één (of twee) kaarten die je omdraait als bonenthaler en leg je enkel de overige kaarten op de aflegstapel. Om alles in goede banen te leiden krijgen de speler(tje)s in deze fase een derde bonenveld ter beschikking. In een volgende stap is het gedaan met de regel waarbij je verschillende soorten op één veld mag planten. Als je een kaart wilt/moet planten die je nog niet bezit dan zit er niets anders op dan een bestaand veld te oogsten, ook al verdien je daar deze keer geen thalers mee… In een volgende stap krijg je het derde bonenveld niet meer automatisch maar zal je het moeten aankopen voor drie thaler, en in de voorlaatste stap worden de kaarten op hand genomen en liggen ze niet meer zomaar op tafel. Tenslotte wordt de regel bijgevoegd waarbij je een veld dat maar uit één boon bestaat niet mag oogsten wanneer je op één van je andere velden meer bonen geplant hebt. Na deze stap zijn de jonge moestuiniers klaar voor het echte spel. Je kan deze junior variant naar believen combineren met het basisspel.

Onze mening

Dat er – eindelijk – een junior versie verschijnt voor Boonanza kunnen we alleen maar toejuichen, maar dat hadden jullie wellicht al kunnen voorspellen. De leeftijdsaanduiding 4+ lijkt ons op het eerste zicht jong, maar we konden het (nog) niet proberen met iemand van die leeftijd. We speelden de gemakkelijkste versie met kinderen van 7 jaar en ouder, zij waren alvast grote fans van deze Boonanza. Je merkte wel dat ze het zeer snel onder de knie hadden en al snel klaar waren voor een volgende stap, dus je kan er zeker wel vroeger mee beginnen. Het is duidelijk voelbaar dat deze variant mede door pedagogen ontwikkeld is, het zit geweldig in elkaar. Ze leren de basisregels van Boonanza, dankzij de openliggende kaarten kan je hen perfect helpen en tips geven. De kinderen krijgen ook wat inzicht, ze weten al snel welke bonen beter zijn dan anderen en leren ook beter onderhandelen. De verschillende stappen om het basisspel aan te leren zijn heel goed gevonden. Enerzijds lijken het kleine stapjes, anderzijds zijn ze gewoon compleet. Als je kinderen enthousiast zijn over deze versie kunnen ze voor je het al te goed beseft meespelen met de volwassenen. Het materiaal is naar ons mening iets minder kindvriendelijk. De briefjes die de bonenvelden moeten voorstellen zijn vrij dun en zien snel af, we hadden liever een iets dikker karton gezien daarvoor. De tekeningen zijn – zoals altijd – heel leuk en mooi. Wat extra goed is in deze versie is dat de tekeningen zowel meisjes als jongens aanspreken. Er zijn namelijk prinsessenbonen, maar even goed draken! Een klein nadeel is wellicht dat je minstens met 3 moet zijn, maar dat is ook met het basisspel al zo. Bovendien kan je de (jongste) kinderen best niet alleen laten spelen, ze kunnen in het begin best wel wat hulp van een volwassenen gebruiken. Helaas is dit spel (nog) niet in het Nederlands verkrijgbaar en zal je best wat moeite moeten doen om de Duitse versie te bemachtigen. Als je zelf de spelregels onder de knie krijgt is deze variant wel perfect te spelen met de kinderen, op de kaarten en/of velden is namelijk geen woordje tekst te bespeuren. De verschillende bonen krijgen vanzelf hun bijnaam, al snel klinkt de vraag “Wil je die boef ruilen tegen mijn koning?”. Wij zijn alvast meer dan overtuigd van dit kinderspel, wees maar zeker dat dit hier binnen een kleine vier jaar nog vaak op tafel zal verschijnen!

Conclusie: Mein erstes Bohnanza is niet alleen een ideale opstap naar het basisspel Boonanza, maar is ook gewoon een heel leuk en leerrijk kaartspel voor kinderen!

BohnanzaMein erstes Bohnanza

Auteurs: Heike Kiefer, Hayo Siemsen & Uwe Rosenberg
Uitgever: Amigo Spiele
Aantal spelers: 3 – 5
Tijdsduur: ± 30 min.
Vanaf 4 jaar

Babyboontje is geboren!

Kobe-geboren

Gaïa

Spelbeschrijving

Je kijkt even rond je heen… niets te zien. Geen land, geen bergen, geen zee, geen leven. Aan jou om de Schepper te spelen en een levende wereld – genaamd Gaïa – op te richten. Enkele anderen hadden exact hetzelfde idee, je zal dus moeten bewijzen dat jij de beste bent. Uiteindelijk kan er maar één iemand tot “Grote Schepper van Gaïa” bekroond worden.

Als je aan de beurt bent mag je twee acties uitvoeren, je kan daarbij een kaart nemen of een kaart spelen. Het is perfect mogelijk om twee keer dezelfde actie uit te voeren. Bij het nemen van een kaart kan je steeds kiezen tussen één van de openliggende kaarten of een willekeurige kaart van een gesloten stapel. Hou er wel rekening mee dat je nooit meer dan zes kaarten op hand mag hebben. Door een natuurkaart uit te spelen kan je een bijhorende landschapstegel nemen en midden op de tafel leggen, deze tegel vormt het startpunt van de wereld die jullie samen gaan opbouwen. Alle toekomstige landschapstegels zullen met elkaar verbonden zijn. Je kan natuurkaarten ook opsparen en later uitspelen om één van de doelkaarten in te palmen met één van je meeples. Dierkaarten brengen leven in de bestaande landschappen, leg het aantal dierfiches op een landschap zoals op de kaart werd aangeduid. Tenslotte zijn er ook stadskaarten, ook deze kaarten moeten op een landschap gelegd worden. Het type landschap wordt steeds aangeduid op de kaart. Een stad moet minimum voldoen aan twee van de vier opgelegde eisen. Meestal hebben die te maken met het type van de aangrenzende landschapstegels, maar ook de aanwezigheid van dieren op een aangrenzende tegel kan een eis zijn. Vervolgens mag je één van je meeples op deze stad zetten. Andere spelers die een stad later voorzien van een derde en/of vierde eis mogen ook een meeple in de stad plaatsen. Aan het begin van elke ronde moeten bepaalde steden voorzien worden van eten door dieren te verwijderen van aangrenzende landschapstegels. Van zodra één speler er in geslaagd is om al zijn meeples ergens te plaatsen eindigt het spel, deze speler is de winnaar. In het geval dat één van de stapels kaarten uitgeput is wint de speler die op dat moment de meeste meeples op het speelbord staan heeft.

Gaïa bevat ook regels voor gevorderde spelers. Als je een stad nu van een derde eis voorziet mag je de meeple van je tegenstander vervangen door de jouwe. Wanneer de vierde eis voorzien wordt mag je vanaf nu twee meeples op de stad plaatsen. Er worden nu ook rode machtskaarten aan het spel toegevoegd. Met deze kaarten kan je o.a. een tegel vervangen door een tegel van een ander landschap, maar je kan er ook dierfiches mee verwijderen. Met een aardbeving kaart worden er dan weer twee landschappen van plaats verwisseld terwijl je met een tornado kaarten van een tegenstander kan stelen.

Onze mening

Gaïa staat al een hele tijd te wachten om gerecenseerd te worden. De illustraties van de doos vielen alvast in de smaak, we waren dus erg benieuwd naar het spel zelf. Een eerste speelsessie kon ons niet overtuigen, dat is één van de redenen waarom het zolang geduurd heeft om het spel verder te testen en te recenseren. Het basisspel bevat te weinig diepgang en te veel geluk om echt geapprecieerd te worden ten huize Spellenmolen. Er is niets te verzinnen wat “slecht” is, maar toch ontbreekt het gewoon die X-factor. Later kwam het spel terug op tafel, maar dan nu met de regels voor gevorderde spelers. Deze regels zorgen voor ervaren spelers effectief voor meer plezier. De concurrentie aan de steden wordt groter en er komt zeker meer tactiek bij kijken. Je wilt een stad liefst voorzien van vier eisen zodat je er twee meeples kan plaatsen. Uiteindelijk heb je ook in deze variant nog wel een gezonde portie geluk nodig, maar voor een spelletje van amper 30 minuten kan het er nog net mee door. Ook de rode machtskaarten komen het spel ten goede, en als de toenemende pestfactor ook jullie niet erg kan bekoren: er staat ook een vredelievende variant beschreven waarin je bepaalde kaarten uit het spel laat.

Conclusie: Gaïa is één van de vele “doorsnee spellen” dat ons niet voldoende kon overtuigen om in de toekomst nog op de tafel te belanden.

Gaia

Met dank aan TIKI Editions!

Met dank aan TIKI Editions!

Gaïa

Auteur: Olivier Rolko
Uitgever: TIKI Editions
Aantal spelers: 2 – 5
Tijdsduur: ± 30 min.
Vanaf 8 jaar

Tafelporselein – deel 7

In deze rubriek schrijven we iets kort over onze meest gespeelde spellen, of meer bepaald over alle spellen dat we minimum 20 keer speelden doorheen de jaren. De titel ‘tafelporselein’ is dan ook gebaseerd op een porseleinen jubileum, wat staat voor 20 jaar. Vaak zullen het fillers zijn, maar er staan zeker ook grotere spellen in het lijstje. Bovendien is er ook een gezonde mix van klassiekers en nieuwere spellen. We zullen geregeld schrijven over de manier waarop we het spel leerden kennen en hoe onze mening over dat spel evolueerde doorheen de speelsessies, maar ook leuke anekdotes zullen de revue passeren! In elk deel van deze rubriek zullen we 4 spellen toelichten.

Ubongo: Das Duell

Ubongo was één van de allereerste spellen in onze collectie, het was één van de koopjes die we hadden gedaan op de eerste spellenbeurs dat we bezochten. Een jaar later kwam ook deze tweepersoonsversie in huis, die kwam duidelijk vaker op tafel dan zijn grote broer. Elke speler probeert in deze versie dezelfde puzzel op te lossen, de opgaven zijn deze keer veel moeilijker dan die in het basisspel. Ik herinner me dat we ooit zelfs een oplossing moesten opzoeken omdat geen van ons het kon vinden. Ubongo: Das Duell kwam hier intussen exact 20 keer op tafel, nét voldoende om in deze reeks te verschijnen. Nochtans dateert onze laatste speelsessie van 7 augustus 2014. Als puzzelliefhebbers hebben we in het begin veel plezier beleefd aan dit spel, toch is de kans klein dat het aantal speelsessies nog veel de hoogte in zal vliegen. Deze vermelding zorgt er wellicht voor dat we nog eens zin krijgen in een potje, maar de kans is heel groot dat het voorlopig ook bij één of twee speelsessies zal blijven.

Pairs

PairsPairs is één van de spelletjes die we samen met enkele vrienden via Kickstarter gebackt hebben. We zijn allemaal wel fan van een goede, snelle en leuke filler. Bovendien spraken de verschillende decks ons wel aan, Pairs werd toen uitgebracht in maar liefst 11 verschillende edities! Elk van ons bestelde een ander deck. De spelletjes lieten lang op zich wachten, toen ze – drie maand na de voorspelde datum – eindelijk arriveerden konden we nog eens een bedrag aan douanekosten betalen dat al bijna even duur was als de spellen zelf. Alsof dat nog niet erg genoeg was zaten ze ook nog eens onveilig verpakt en kwamen bijna alle decks er gedeukt uit. Al bij al vielen onze exemplaren nog mee in vergelijking met wat we hoorden van andere backers. Tot daar onze slechte ervaring met Pairs, de eerste week alleen al kwam het zo’n 16 keer op tafel. Enerzijds omdat het gewoon zo’n snel en verslavend spel is, anderzijds omdat we het ook meteen met alle vrienden hebben gespeeld die het spel ook gebackt hadden. Pairs komt zelden op tafel als filler tijdens een spelavond met veelspelers maar is nog steeds ideaal voor met de familie, mede omdat je het perfect met een grotere groep kan spelen. Het heeft zijn subtitel “A New Classic Pub Game” niet gestolen, dat verwoord perfect waar Pairs ideaal voor is. Pairs werd hier ondertussen 24 keer gespeeld maar we zijn er zeker van dat het – tijdens gepaste gelegenheden – nog veel op tafel zal komen!

Coconuts DUO

Coconuts DuoEind 2013 zagen we op Boardgamegeek al zotte foto’s en filmpjes van volwassen mensen die met aapjes en bekertjes aan het schieten waren, het leek net een bende kinderen. Toch bleek Coconuts erg populair. Op Spiel 2014 werd Coconuts DUO gelanceerd, een 5/6-speler uitbreiding en tevens een stand-alone voor twee spelers. Niet veel later kwam het hier op tafel en al snel begrepen we de hype. Veel woorden hoef je er niet aan vuil te maken, het is gewoon GE-WEL-DIG! En wees maar zeker, je zet het op tafel en iedereen speelt mee, zowel jong als oud kan wel eens van een sessie Coconuts genieten. De tweepersoonsversie leent zich uitermate voor een mini-toernooi, maar ook als uitbreiding – ja, ondertussen hebben we ook het basisspel in ons bezit – is het super leuk om met 5 of 6 spelers te spelen. Als je meerdere spellen combineert kan je zelfs met 7 of 8 spelers proberen… dat hebben we nog niet gedaan, maar staat zeker nog op ons verlanglijstje. Coconuts is sindsdien (en zeker sinds de komst van het basisspel) één van de favoriete fillers des huizes en de kans is heel groot dat dat nog een tijdje zo zal blijven.

Träxx

TräxxIn februari lanceerde NSV een nieuwigheid dat meteen onze aandacht trok, een kleurrijk spel van dezelfde makers als Qwixx. We waren er als de kippen bij om dit pareltje te testen en het is sindsdien nooit nog ver van onze tafel geweest. Toen White Goblin Games enkele maanden later bekendmaakte dat Träxx ook in het Nederlands zou verschijnen konden we dat alleen maar toejuichen, het was inmiddels de meest gespeelde filler ten huize Spellenmolen! We maakten er een uitdaging van om steeds hoger te scoren, zo haalden we tijdens onze eerste speelsessie een score van 39 en ligt onze maximumscore momenteel op 43. Niet al onze medespelers zijn fan van dit abstracte tussendoortje, maar voor ons lijkt het op ons lijf geschreven. Na 28 speelsessies beginnen onze bordjes helaas wel enkele slijtagekenmerken te vertonen, maar dat zal ons er niet van weerhouden om Träxx nog heel vaak op tafel te leggen de komende maanden.

Province

Spelbeschrijving

In Province strijden twee families voor de macht. Ze zullen kampen bouwen, een haven oprichten, een bank runnen en nog veel meer. Dit alles met slechts één doel voor ogen: roem en faam. Als je de eerste bent om een bepaalde voorziening op te richten heb je niet alleen recht op de voordelen daarvan maar ook op de robijnen! De volgende spelers zien die alvast langs hun neus voorbijgaan.

Als je aan de beurt bent heb je twee dingen te doen. Om te beginnen mag je één of meerdere werkers op het bord één stap verplaatsen, volgens de richting van de klok. Aan het begin hebben alle spelers het recht om de groene werkers te verplaatsen, naarmate het spel vordert kunnen de spelers ook meerdere werkers onder controle hebben. De plaats waar de werkers eindigen bepaalt of je één munt of één hamertje ontvangt, het aantal hamers dat je op deze manier int wordt bijgehouden met een tracker, je zal deze meteen moeten nuttigen want je kan ze niet mee overnemen naar je volgende beurt. Gelukkig kan je twee hamers wel ten alle tijden omzetten in één munt. Vervolgens mag je één van de acht beschikbare gebouwen kopen. Je betaalt daarvoor de aangegeven kostprijs in hamers én munten. Vanaf dan mag je gebruikmaken van de voordelen van dit gebouw, als je de eerste bent om dit gebouw op te richten tellen aan het einde ook de vermelde punten (=robijnen) mee.

De voordelen zijn steeds verschillend, zo krijg je dankzij de molen elke beurt één hamertje extra en kan je met een kamp een extra werker onderhouden. De havenmeester kan elke ronde profiteren van een ander voordeel, zijnde een munt, een hamer of – indien hij eerst kan betalen – een extra werker. Welk van de drie voordelen je gegund is wordt steeds bepaald door de worp van twee fiches. Later in het spel kan je ook een bank runnen waardoor je steeds het dubbele aan munten kan innen, of een stad waardoor je nóg een extra werker krijgt. Tenslotte heb je ook de goedkope geldschieter nog, waardoor je aanspraak kan maken op het Lender-fiche. Dat kan je gebruiken om éénmaal de gebouwen van je tegenstander te nuttigen, maar als je geen 3 munten betaalt om het achteraf weer weg te leggen zijn dat aan het einde wel twee minpunten. Het spel eindigt wanneer een speler al zijn structuren heeft gebouwd en/of wanneer er van elke structuur minstens één gebouwd is. Daarnaast zijn er ook nog doelfiches, als je aan de opgave voldoet krijg je het fiche t.w.v. één robijn. Ook wanneer deze fiches uitgeput zijn eindigt het spel. De speler met de meeste robijnen wint het spel.

Onze mening

Als je de spelregels leest dan zou je gaan denken dat het niets voorstelt: mannetjes verplaatsen en dan gebouwen kopen. Meer is het niet. Toch vormen deze paar elementen best een leuk en strategisch mini-spel voor twee spelers! De eerste twee à drie beurten doen beide spelers meestal hetzelfde: elk groen mannetje één plaats verder schuiven waardoor er visueel niets veranderd. Van zodra één speler een gebouw heeft opgericht verandert er veel en komt het tactische element in het spel. Welke werkers verplaats je wel of niet? Want dat heeft ook invloed op het materiaal dat je tegenstander straks zal kunnen bemachtigen, zeker wanneer je voor een doelfiche geld en/of hamers moet verzamelen! Daarnaast zal je ook moeten beslissen welke gebouwen je koopt, de molen (voor meer hamers) is goed, maar een extra werker komt ook van pas. Het is niet zo dat één bepaalde strategie beter is dan de andere, want we hebben tijdens onze speelsessies al verschillende strategieën zien winnen. Het voordeel van Province is dat je een goed spel hebt met weinig materiaal, je kan het gemakkelijk meenemen om ergens op een picknicktafeltje te spelen. Jammer genoeg hebben ze wel voor een groter doosje gekozen waardoor het toch niet zo gemakkelijk bij in je rugzak past, en dat terwijl ze tijdens hun Kickstarter nog zo reclame maakten dat het spel in één simpele envelop past. Als je dan toch voor een grotere doos gaat, had het materiaal ook iets groter gekund: het is zo klein dat het niet echt gemakkelijk speelt aan een grote tafel. De illustraties zijn erg leuk, het materiaal is goed genoeg voor dit type van spel. Province is het type spel dat we wellicht wel eens meenemen (zonder doosje) om ergens op verplaatsing te spelen, zo heb je toch een goed mini-spel mee. Anderzijds heeft het net niet genoeg variatie en ontbreekt het die ‘dat wil ik nog eens spelen’-factor om thuis vaak op tafel te komen.

Conclusie: Province is een mini-spel voor twee spelers met meer strategie dan je zou denken!

Met dank aan Laboratory Games!

Met dank aan Laboratory Games!

ProvinceProvince

Auteur: Samuel Strick
Uitgever: Laboratory Games
Aantal spelers: 2
Tijdsduur: ± 25 min.
Vanaf 13 jaar

Hamsteren

Spelbeschrijving

De titel zegt het al, in dit snelle kaartspel gaan we allemaal hamsteren! Verzamel kaarten en probeer punten te scoren door series te maken. Met vele handkaarten is de kans groot dat je veel series zal kunnen neerleggen, maar je neemt dan wel het risico om afgestraft te worden door je tegenspelers. Voor je het weet ben je de helft van je kaarten kwijt en liggen jouw series op de puntenstapels van je tegenspelers!

Elke speler krijgt twee kaarten op hand, op tafel liggen 8 kaarten in een cirkel. Wanneer je aan de beurt bent mag je twee acties uitvoeren. Er zijn daarvoor drie mogelijkheden: hamsteren, series afleggen of scoren. Hamsteren is heel eenvoudig: je neemt één van de kaarten/rijen op tafel en vult de cirkel aan. Je legt daarbij een kaart op de plaats waar je zonet één hebt weggenomen én op de twee kaarten/rijen daarnaast in klokwijzerszin. Op deze manier ontstaan er rijen en kan je met één hamster-actie meerdere kaarten op hand nemen. Wanneer je series op hand hebt kan je er voor kiezen een serie af te leggen op je persoonlijke, open stapel. Een serie bestaat uit vier kaarten met waarde 4, drie kaarten met waarde 3 enz.. Je kan meerdere series afleggen tijdens één actie op voorwaarde dat alle series compleet én van dezelfde soort zijn. Met de laatste mogelijke actie kan je je open stapel scoren, je draait je open stapel in dit geval gewoon op je gedekte punten stapel. De bovenste kaart van je open stapel – net voor je de stapel omdraait – bepaalt hoeveel kaarten je krijgt van de speler die de meeste kaarten op hand heeft. Als er dus een vier bovenop je stapel ligt zal iemand jou vier kaarten moeten geven, die mag je rechtstreeks op je puntenstapel leggen. Als je zelf de meeste kaarten op hand hebt moet je dus zelf vier kaarten afgeven.

Nadat je twee acties naar keuze hebt uitgevoerd is de volgende speler aan beurt. Wanneer de trekstapel leeg is speel je gewoon verder zonder de rijen aan te vullen na de hamster-actie. Van zodra er slechts drie rijen overblijven eindigt het spel. De spelers tellen alle kaarten in hun puntenstapel en krijgen minpunten voor alle kaarten die ze nog op hand hebben. De speler die daarna de meeste punten overhoudt wint het spel.

Onze mening

De spelregels van Hamsteren zijn duidelijk geschreven en gemakkelijk uitgelegd, je kan dus meteen beginnen. Je begrijpt al snel waarom het spelletje de titel ‘hamsteren’ heeft gekregen, de eerste paar speelbeurten kan je namelijk niet anders dan kaarten verzamelen. Eens je op dreef bent wordt Hamsteren er alleen maar leuker op, er schuilt best wat strategie achter die eenvoudige spelregels! Je kan in het oog houden welke kaarten je medespelers op hand nemen en vervolgens je series op de juiste momenten uitspelen. Als jij namelijk een set met de donkergroene drieën bovenaan hebt liggen mag niemand anders zo’n set uitspelen! Bovendien is ook het moment waarop je je kaarten omdraait van belang. Met een vier bovenaan kan je gemakkelijk extra punten verdienen. Enerzijds is één van je tegenstanders dan vier handkaarten kwijt en is de kans misschien minder groot dat hij/zij in de volgende beurt een waardevolle serie kan neerleggen, anderzijds zijn je handkaarten aan het einde ook minpunten. Op het einde van het spel zijn ze misschien blij als ze de kaarten aan jou kwijt geraken! Zoals het doosje vermeld is Hamsteren inderdaad ideaal om met drie of vier spelers te spelen. Dit kaartspel is voor ons een ideale filler: eenvoudige spelregels, korte speelduur en toch wat tactische mogelijkheden. De nodige portie geluk voor een filler is uiteraard ook aanwezig. Toch kan dit spel ook perfect dienen voor families, je kan alle tactiek perfect achterwege laten en gewoon op het gevoel spelen. Hamsteren blijft even leuk.

Conclusie: Hamsteren is een leuke, snelle, eenvoudige maar tactische filler!

Hamsteren

Met dank aan 999 Games!

Met dank aan 999 Games!

Hamsteren

Auteur: Francesco Berardi
Uitgever: 999 Games
Aantal spelers: 3 – 4
Tijdsduur: ± 20 min.
Vanaf 8 jaar